zondag 3 maart 2024 om 10.00 uur

3 maart Woorddienst 3e zondag veertigdagentijd
Voorganger(s): Ds. G.M. Landman (De Bilt)
Organist: Leo Kramer

Badhoevedorp  -  3 maart 2024  -  3e zondag van de veertig dagen

VOORBEREIDING
Orgelspel vooraf  -  Welkom en mededelingen (ouderling)  -  Stilte
Aanvangslied ‘Mijn ogen zijn gevestigd’  Psalm 25a

Bemoediging
V:       Onze hulp is in de naam van de Eeuwige,

G:      die hemel en aarde gemaakt heeft.
V:       die trouw is tot in eeuwigheid
G:      en die niet loslaat het werk van zijn handen.

Groet
V.:      Genade en vrede van God, onze Vader, 
en van onze Heer Jezus Christus.
A:       Amen

Smeekgebed  Dienstboek 778 (tekst 40), driemaal beantwoord

Heer, die ons uw liefde hebt geopenbaard,
vanwege … roepen wij tot U om ontferming.       à Lied 367b

Christus, Zon van gerechtigheid,
vanwege … roepen wij tot U om ontferming.       à Lied 367b

Heer, die uw heilige Geest hebt geschonken,
vanwege … roepen wij tot U om ontferming.       à Lied 367b

Veertigdagenlied ‘God roept de mens op weg te gaan’  Lied 542 : 1,2,3

DIENST VAN HET WOORD
Thema bloemschikking: Ga mee! Samen getuigen van geloof, hoop en liefde.
Op deze derde zondag, zondag Oculi, is de alternatieve lezing uit Jeremia 26 : 1-19. Over Gods woord horen en doen. 
In de schikking zien we ogen om te zien, oren om te luisteren, maar er wordt niet gezien en er wordt niet geluisterd. De paarse bloemen van de primula symboliseren de donkere ogen waar het licht niet in weerkaatst. In de bol zetten we twee plantjes in de opening. Van onderaf wordt de bol iets groener door het toevoegen van groen mos tussen de schors. Immers heel langzaam gaan we van het donker naar het licht. De jonge uitlopende takjes van de bosbes reiken naar de hemel.

Gebed van de zondag - Dienstboek 101a

Eerste lezing: De Tien Woorden (Exodus 20,2-17) vertaling Gert Landman

          Na elke twee Woorden een volgende strofe van Lied 310 ‘Eén is de Heer’

1. Ik ben de Eeuwige, jouw God;
Ik heb je uitgeleid uit het land Egypte, uit het diensthuis vandaan.

2. Laat dit er bij jou niet zijn: andere goden voor Mijn aange­zicht.
Maak daarom geen beeld of wat voor gestalte ook
van iets boven in de hemel of beneden op de aarde
of van iets in het water onder de aarde:
daar­voor zul je niet buigen, die zul je niet dienen.
Want Ik, de Eeuwi­ge, jouw God, ben een God die alles opeist:
het zonden­pa­troon van de ouders trek Ik na bij de kinde­ren,
bij het derde geslacht en bij het vierde ge­slacht van wie Mij haten;
maar Ik bewijs mijn verbon­den­heid aan het duizend­ste geslacht
van wie mij lief­heb­ben en Mijn gebo­den onderhou­den.
                                                                               à Lied 310 : 1

3. Gebruik de Naam van de Eeuwige, jouw God, niet verkeerd.
Want de Eeuwige laat niet ongestraft
wie Zijn Naam verkeerd gebruikt.

4. Gedenk de dag van ophouden, dat je die apart stelt.
Zes dagen zul je dienen en bezig zijn met al je werk.
Maar de zevende dag is het: ophouden, voor de Eeuwige, jouw God;
al je werk laten liggen: jij, je zoon, je dochter,
de man of vrouw in jouw dienst, je vee,
en de vreemdeling binnen jouw omge­ving.
Want zes dagen was de Eeuwige bezig aan de hemel en de aarde,
aan de zee en al wat daarin is; en Hij rustte op de zevende dag.
Daarom heeft de Eeuwige de dag van ophouden tot een zegen ge­maakt
en die apart gesteld.
                                                                     à Lied 310 : 2
5. Houd je vader en moeder in ere, -
opdat jouw dagen verlengd worden
op de aardbodem die de Eeuwige, jouw God, je geeft.

6. Pleeg geen moord.
                                                                     à Lied 310 : 3
7. Pleeg geen overspel.

8. Steel niet.
                                                                     à Lied 310 : 4
9. Leg over je naaste geen vals getuigenis af.

10. Begeer niet wat je naaste in huis heeft.
Zet je zinnen niet op de vrouw van je naaste,
niet op de man of vrouw in zijn dienst, niet op zijn os of ezel, -
nee op niets dat een plaats heeft in het leven van je naaste.

                                                                     à Lied 310 : 5

Evangelielezing Johannes 2 : 13-25 (NBV)
Zingen ‘Runderen, schapen en duiven te koop’  Lied 187

Overweging  -  Stilte  -  Meditatieve muziek
Zingen ‘Wat te kiezen, leven, dood’  Lied 843

GAVEN EN GEBEDEN
Dankzegging en voorbeden (ook uit voorbedenboek)
Stil gebed en Onze Vader

Inzameling van de gaven:   1. Diaconie    2. Kerk
Diaken: toelichting bij de collectes (en waar de bloemen heen gaan)

ZENDING EN ZEGEN
Slotlied ‘God, schenk ons de kracht’  Lied 418 : 1,2,3
Gezongen Amen (fis-g)
Orgelspel
 

terug